Voor deze functionaliteit is een account vereist.
Registreer nu gratis
en krijg €2,50 tegoed cadeau
of log in als je al een account hebt.
Een flesje water op tafel? Laten we dat doen, dat is verstandig. Maar wordt het plat of bruisend? Het kiezen van het juiste water aan tafel krijgt steeds meer aandacht. Sommige restaurants presenteren al een aparte ‘waterkaart’, sommeliers krijgen cursus om een goed wateradvies te kunnen geven.
Mineraalwater met belletjes smaakt goed bij een zoet toetje.
Het ene mineraalwater is het andere niet. Sommige mineraalwaters bevatten veel sulfaten, ander water juist meer nitraat. En dat proef je: nitraat geeft het water een zilte smaak, sulfaten zorgen voor een subtiel bittertje. En dan de belangrijke vraag: wilt u plat of bruisend water? Water met bubbeltjes smaakt heel anders dan stil mineraalwater.
Drinkt u mineraalwater naast de wijn? Let dan op de combinatie tussen water en wijn. Champagne en bruisend mineraalwater is een goede match, maar ook lichte witte wijnen kunnen daar goed naast gedronken worden. Wat zwaarder wit, rosé en rood passen goed bij lichtbruisend water. Bij whisky hoort natuurlijk mineraalwater zonder prik, er mag zelfs een klein scheutje in het glas om de geur en smaak van de sterke whisky wat meer tot uitdrukking te laten komen. Bij sterke koffie kan een klein glas mineraalwater de mooie mokkasmaak van de verse bonen benadrukken.
Speciaal voor mensen die water drinken als alternatief voor wijn, hebben experts uitgezocht welk mineraalwater goed past bij welk gerecht. Zij adviseren om als aperitief en bij een fris voorgerecht bruisend mineraalwater te drinken, bij vis en vlees een lichtbruisend water en bij het nagerecht water zonder prik. Uitzondering is een zoet toetje, daarbij kan juist mineraalwater met belletjes lekker verfrissend smaken. Let bovendien op de juiste serveertemperatuur: water zonder bubbels smaakt het best bij tien tot twaalf graden, bruisend mineraalwater wordt liefst iets kouder geschonken, zo’n acht tot tien graden. Natuurlijk worden waterglazen iets voller geschonken dan wijnglazen, tot ongeveer een-derde onder de rand van het glas.
Drinkt een dinergast liever water in plaats van alcohol? Er zijn ook andere alternatieven. In toenemende mate komen alcoholvrije wijnen op de markt. In de meeste gevallen wordt de alcohol uit de wijn gehaald. Voorheen gebeurde dat door de wijn te verhitten. Daarbij verdampt de alcohol, maar de goede smaak van de wijn is daarmee ook verdwenen. Nieuwe technieken geven meer mogelijkheden. Zo wordt wijn bijvoorbeeld gefilterd met koolzuur of wordt de alcohol door een vacuümproces aan de wijn onttrokken. Wijn zonder alcohol smaakt anders, want alcohol geeft de wijn een zoete, zachtere smaak en het zorgt ervoor dat de andere smaken van de wijn meer naar voren komen. Toch kan alcoholvrije wijn een redelijk alternatief zijn, zeker als het wordt vergeleken met vruchtensap of frisdrank bij het eten. De meeste wijnhandels hebben alcoholvrije wijn in het assortiment. De kwaliteit is wisselend, dus proeven is de enige manier om erachter te komen wat de moeite waard is. Datzelfde geldt voor kruidenwijnen zoals Amé, een ‘wijn’ zonder alcohol waar geen druif aan te pas is gekomen. Ze zijn het beste te vergelijken met niet-zoete frisdranken, die door hun subtiele smaak goed bij een maaltijd kunnen worden geserveerd.
Als alternatief voor mineraalwater kan ook Nederlands kraanwater worden geschonken. Ons water is van zo’n hoge kwaliteit, dat het voor mineraalwater niet onder doet. Zit er veel calciumwaterstofcarbonaat in het water, dan wordt dat hard water genoemd. In de Randstad is het water wat harder dan in de rest van het land: een keuze van het waterleidingbedrijf.
